In het Klimaatakkoord van Parijs hebben we afspraken gemaakt en doelen bepaald over de veranderingen in het klimaat. Nederland is straks in 2050 klimaatbestendig en waterrobuust. Deze uitdaging en de manier waarop we hiermee omgaan, raakt ons allemaal. Het heeft invloed op alle beleid. Het klimaat is daarmee een heel belangrijk thema om onze leefomgeving gezond en veilig te houden.
Wat is klimaatverandering en -adaptatie?
Mensen hebben invloed op het klimaat. Door alles wat we uitstoten (door machines, auto’s en allerlei activiteiten) komen er gassen in de lucht die allerlei gevolgen hebben. Bijvoorbeeld de uitstoot van CO2 is zo groot, dat het klimaat verandert en de aarde opwarmt. Deze klimaatverandering heeft grote gevolgen: de zeespiegel stijgt en we hebben steeds vaker te maken met extreem weer. De kans bestaat dat veel plant- en diersoorten uitsterven.
De uitdaging rondom de verandering van het klimaat en de manier waarop we hiermee omgaan, raakt ons allemaal en werkt overal in door. Het klimaat is daarmee een heel belangrijk thema om onze leefomgeving gezond en veilig te houden. Klimaatmitigatie zijn maatregelen waarmee we de opwarming willen beperken. De gemeente draagt hier aan bij door de CO2-uitstoot te verminderen en een energietransitie te maken. Deze vraagstukken hebben sterk met elkaar te maken. Energietransitie betekent dat we de oorzaak van klimaatverandering (uitstoot van broeikasgassen) proberen te verminderen. Klimaatadaptatie wil zeggen dat we de omgeving aanpassen om beter om te gaan met de effecten van de klimaatverandering. Als we daar optimaal mee kunnen omgaan, dan noemen we dat klimaatbestendigheid.
Waar staan we nu?
Uit de Klimaatatlas West-Brabant blijkt dat onze gemeente gevoelig is voor overstromingen. Dat is ook niet vreemd voor een gemeente met veel water en grenzend aan de Amer.
Met name in de dorpen in onze gemeente kan hittestress optreden, zo blijkt uit de Klimaatatlas West-Brabant. Onder hittestress verstaan we de “aandoening veroorzaakt door extreme hitte, die zich uit in diverse lichamelijke klachten, waarbij mensen en dieren warmte niet kwijt kunnen”. De inrichting van de leefomgeving is van invloed op hittestress. In gebieden met veel bebouwing en verharding zal de hittestress hoger zijn dan op het platteland. Klimaatverandering heeft dus een effect op gezondheid, economie, (water)veiligheid, maar ook de biodiversiteit. De effecten van hittestress zijn het grootst in delen van Made, het kassengebied bij Made en Terheijden.
Wat komt er op ons af?
Als we het over klimaat(verandering) hebben dan zien we allerlei ontwikkelingen. Het heeft effecten zoals hittestress, extreme droogte, extreme neerslag en de stijgende zeespiegel.
Klimaatadaptatie en ruimtelijke adaptatie gaan hand in hand. We moeten onze dorpen en het buitengebied zó inrichten dat we voorbereid zijn op het toekomstig klimaat. Dit noemen we ruimtelijke adaptatie. Om de schade van de klimaatverandering zoveel mogelijk te beperken moeten we maatregelen nemen. Op allerlei niveaus worden maatregelen bedacht om dit te bereiken. Hierbij zien we tevens dat gezocht wordt naar het combineren van de diverse opgaven en uitdagingen. Het combineren van opgaven noemen we ook wel meekoppelkansen. Een meekoppelkans is bijvoorbeeld het realiseren van een ‘dak’ van zonnepanelen boven een parkeerplaats. Bij het combineren van uitdagingen kan worden gedacht aan de landbouw of het hergebruik van grondstoffen (circulaire economie).
Er worden tevens enorme kansen gezien bij het meenemen van klimaatadaptatie in het ontwerp van nieuwbouw of in de (ruimtelijke) veranderingen die de energietransitie met zich meebrengt. De ambities voor klimaatadaptatie zijn terug te vinden in de ambitie Toekomstbestendige gemeente.
Op het gebied van klimaatadaptatie lopen er in Nederland twee grote beleidsprogramma’s: de Nationale Adaptatiestrategie en het Deltaplan Ruimtelijke Adaptatie. Ook werken gemeenten, waterschappen, provincies en het Rijk werken samen in het Deltaplan Ruimtelijke Adaptatie, dat onderdeel is van het Nationale Deltaprogramma. Het doel: in 2020 klimaatadaptatie verankeren in beleid en in 2050 klimaatbestendig zijn. De Nationale klimaatadaptatiestrategie (NAS) geeft een beeld van hoe klimaatverandering onze samenleving beïnvloedt. In onderstaande bollenschema’s wordt dit weergegeven.
Hoe zien we de toekomst van het klimaat en water?
Klimaat
Bij nieuwbouwopgaven of transformaties van gebieden zetten we ook in op het verwerken van adaptatiemaatregelen om zo onze leefomgeving meer klimaatrobuust te maken. Dat houdt in dat we onze gebouwen en wijken (her)inrichten zodat het beter is opgewassen tegen extremer weer, zoals hevige regen, hittestress of periodes van droogte. Inwoners kunnen zelf aan de slag met bijvoorbeeld groene daken en regentonnen. Als gemeente willen we kansen voor klimaatadaptatie en ruimtelijke adaptatie bij concrete initiatieven zoveel mogelijk stimuleren. Dit kan bijvoorbeeld door met initiatiefnemers mee te denken over hun plannen en suggesties te doen of regels op te stellen voor adaptatiemaatregelen.
Waar mogelijk nemen we hittestress weg in onze gemeente, dit levert een bijdrage aan het verder verbeteren van de gezondheid. Voorbeelden om de omgeving stressbestendig te maken zijn schaduwwerking door bomen, minder verharding en meer groen. Ook hier kunnen inwoners zelf initiatief in nemen. Daarnaast zetten we in op de verdere uitvoering van maatregelen voor klimaatadaptatie samen met de regio.
De agrarische sector heeft veel grond in bezit, wat in samenhang met de landbouw gebruikt kan worden voor klimaatadaptatie. Ook in de woningbouw moet de ruimte gebruikt worden voor klimaatadaptatiemaatregelen, zoals het standaard voorzien van een groenvoorziening.
Water
De aanwezigheid van water in onze gemeente is een waarde waar wij nog meer op in willen zetten. Water raakt veel thema’s die in onder onze inwoners spelen, zoals recreatie en toerisme, wonen, natuur, ruimte voor klimaat(adaptatie) en een groen(blauwe) omgeving. De Zuiderwaterlinie en daarmee het verdedigen met behulp van water is nu nog steeds terug te zien in het landschap en maakt gemeente Drimmelen uniek.
We houden in onze gemeente droge voeten dankzij de primaire waterkeringen. Dit zijn de dijken die ons beschermen tegen overstromingen bij hoogwater, zowel op de rivieren als vanuit de zee. De instandhouding van de functie van de primaire waterkeringen is leidend bij alle ontwikkelingen. Dat betekent dat we alleen nieuwe ontwikkelingen toestaan als deze geen negatieve effecten hebben op onze primaire keringen. Het (regen)water speelt ook een belangrijke rol bij het opwarmen van onze zomers met het veranderende klimaat. Met meer groen in de dorpen, kunnen we water langer vasthouden en opwarming (hittestress) voorkomen.
De gemeente heeft een zorgplicht voor schoon drinkwater binnen de gemeente. In de komende jaren moet de gemeente hier ook rekening mee gaan houden bij vergunningen en calamiteiten. We dragen bij aan de gezondheid van onze inwoners door een duurzame veiligstelling van de openbare drinkwatervoorziening. We promoten (het zuinig omgaan met) ons drinkwater op scholen en leggen samen met Brabant Water drinkwatertappunten aan in de openbare ruimte.
Daarnaast zijn de gemeentelijke watertaken gericht op drie zorgplichten, namelijk voor afvalwater, hemelwater en grondwater. Dit is vastgelegd in het Water- en Rioleringsplan Drimmelen 2018-2022 (waarin opgenomen het verbreed Gemeentelijke Rioleringen Plan). Daarin staat het beleid en de uitvoeringsagenda van deze zorgplichten. Dit voeren we uit om een integrale manier samen met ander onderhoud zoals aan wegen en groen. De gemeentelijke zorgplichten hangen samen met de regionale zorgplichten (van het waterschap) voor het zuiveren van afvalwater en die voor het regionaal watersysteem. Samen met Waterschap Brabantse Delta en Brabant Water streven we naar gezondheid, ruimtelijke kwaliteit en leefbaarheid van ons watersysteem. We scheiden vuilwater van schoonwater en streven ernaar dat er zo min mogelijk contact met afvalwater is. Daarnaast werken we aan een ecologisch gezond en natuurlijk (grond)watersysteem. Daarbij koppelen we de waterkwaliteitsdoelen aan andere gebiedsfuncties, zoals landbouw, natuur en recreatie. We dragen bij aan leefbaarheid door de omgeving aan te passen aan het veranderend klimaat.
Het al dan niet ophogen of versterken van de waterkeringen (zoals dijken) is primair een verantwoordelijkheid van het Waterschap, Brabantse Delta. De uitdagingen van de klimaatverandering vragen wat van onze keringen nu en in de toekomst. De zeespiegel stijgt en we hebben steeds vaker te maken met extreem weer. Om onze voeten droog te houden werken we samen met Waterschap met Brabantse Delta.
De Zuiderwaterlinie loopt in Noord-Brabant van Bergen op Zoom tot Grave en verbindt elf historische Brabantse vestingsteden met elkaar. Vijftien gemeenten, waterschappen en provincie werken als sinds 2016 samen in de Zuiderwateralliantie over diverse richtinggevende thema’s voor (vrijetijds-) economie, ruimtelijke opgaven en andere vormen van gebiedsontwikkeling.
Relatie met: Wonen, Groene omgeving, Werken en ondernemen, Energie, Milieu, Bereikbaarheid, Toekomstbestendige gemeente, Samen bouwen aan de gezonde toekomst, Onze blauw-groene motor